Attention Deficit/Hyperactivity Disorder, ofwel snel afgeleid en hyperactief gedrag. Globale kenmerken van ADHD zijn: hyperactiviteit en impulsiviteit, en/of problemen met aandacht.
Er bestaan drie typen ADHD:
De biologische oorzaak van ADHD ligt waarschijnlijk bij problemen met communicatie tussen hersengebieden. Signalen tussen hersencellen worden doorgegeven door chemische boodschappers. Ook wel neurotransmitters genoemd. Het is gebleken dat de neurotransmitters dopamine en noradrenaline in verminderde hoeveelheid voorkomen in het voorste gedeelte van de hersenen van ADHD-patiënten, de prefontaalkwabben.
Dit gaat samen met afwijkende functie van de prefrontaalkwabben en een verminderde anatomische organisatie van de verbindingen tussen de prefrontaalkwabben en verschillende diepergelegen hersenkernen. De voorste hersenkwabben zijn betrokken bij veel functies die bij ADHD verstoord zijn: het langdurig behouden van aandacht, het onderdrukken van impulsen en het sturen en plannen van gedrag.
Uit erfelijkheidsonderzoek blijkt dat ADHD voor ongeveer 70% erfelijk bepaald is; de kans dat iemand ADHD heeft, is verhoogd als ouders en/of broertjes en zusjes deze stoornis ook hebben. Omgevingsfactoren (zoals roken en/of drinken tijdens de zwangerschap) kunnen ook leiden tot een verhoogde kans op ADHD bij het kind. Inmiddels staat door wetenschappelijk onderzoek vast dat symptomen van ADHD ook nog bij veel volwassenen voorkomen; niet iedereen ontgroeit de aandoening.
In 2016 waren er volgens het RIVM 123.100 mensen tussen de 18 en 44 jaar met ADHD (op basis van een bevolkingsonderzoek).
Schrijf u in voor onze digitale nieuwsbrief en blijf op de hoogte van ons laatste nieuws.
Aanmelden Stel uw vraag online