Als je een hersenaandoening hebt, kun je last krijgen van duizeligheid. Duizeligheid verstoort de manier waarop je je directe omgeving ervaart.
Er zijn verschillende vormen van duizeligheid. Hoe duizeligheid precies voelt, kan daardoor per persoon verschillen. Misschien zie je alles draaien en bewegen, terwijl je stil zit of ligt. Maar het kan ook zijn dat je een licht gevoel in je hoofd hebt.
Er zijn allerlei oorzaken waardoor duizeligheid kan ontstaan. Zoals de ziekte van Ménière, een brughoektumor of een ontsteking van je evenwichtsorgaan. Ook kan het ontstaan door niet-aangeboren hersenletsel.
Als je plotseling last krijgt van duizeligheid en ook dubbelziet, moeilijk praat of slikt, of geen kracht in je arm of been hebt: bel direct alarmnummer 112. Ook als je twijfelt. Dit kan een beroerte zijn.
Kenmerken van duizeligheid
Bijna iedereen is af en toe wel eens duizelig. Maar als je een hersenaandoening hebt, dan kun je je regelmatig ernstig duizelig voelen.
Door duizeligheid kun je last krijgen van andere klachten als:
- misselijkheid en soms ook overgeven
- oorsuizen
- angstig gevoel
- zweten
- gapen
- zuchten
- flauwvallen, omvallen of het gevoel dat je gaat vallen
Kenmerken bij verschillende aandoeningen
Hoe lang je last hebt van de duizeligheid en hoe erg deze is, is afhankelijk van verschillende dingen. Zoals de oorzaak van je duizeligheid.
Bij positie-duizeligheid (BPPD) komt de duizeligheid als je plotseling een bepaalde beweging maakt. Bijvoorbeeld als je bukt, je omdraait in bed, of omhoog kijkt. De duizeligheid duurt een paar seconden tot minuten.
Bij neuritis vestibularis ben je vaak een paar dagen de hele tijd duizelig, een paar dagen lang. Je kunt alleen maar in bed liggen met je ogen dicht. Ook ben je misselijk en moet je overgeven.
Bij de ziekte van Ménière heb je meestal aanvallen waarbij je je duizelig en draaierig voelt. Deze aanvallen duren vaak 20 minuten tot 12 uur. De klachten zijn het ergst na 1 of 2 uur. Tijdens een aanval hoor je slechter. Ook kun je misselijk worden en overgeven.
Bij of na een aanval van migraine kun je ook een aanval van duizeligheid krijgen. Dit heet vestibulaire migraine. Deze aanval duurt vaak een paar uur. Het kan zijn dat je ook hoofdpijn hebt, maar dat is niet altijd zo.
Impact van duizeligheid
Bij sommige oorzaken gaat de duizeligheid vanzelf weg. Er zijn dan meestal geen grote gevolgen voor de rest van je leven. Bij positie-duizeligheid (BPPD) verdwijnen de klachten vaak vanzelf, meestal binnen 4 weken. En bij neuritis vestibularis verdwijnt de duizeligheid vaak binnen 1 week.
Bij andere oorzaken kun je langer last hebben van duizeligheid. Bij de ziekte van Ménière kun je na een tijd weer een aanval van duizeligheid krijgen. Soms gebeurt dit bijvoorbeeld pas na een jaar. Wel verdwijnen deze aanvallen uiteindelijk. Ook bij migraine kan de duizeligheid terugkomen.
Duizeligheid kan ook ontstaan door schade aan je hersenen. Bijvoorbeeld door traumatisch hersenletsel of een beroerte. Hou je langer dan 3 jaar klachten, dan kunnen die blijvend zijn. Wel kun je er beter mee leren omgaan, waardoor je minder last hebt van je klachten.
Bij ernstige klachten kan hulp bij dagelijkse activiteiten soms nodig zijn. Vooral als je ouder bent.
-
Iets begrijpen
Wanneer je duizelig bent, kun je vaak minder goed je aandacht ergens bijhouden. Het is dan lastiger om nieuwe dingen te leren. Ook kun je op dat moment in de war zijn, waardoor het langer duurt om iets te begrijpen.
-
Jezelf verplaatsen
Bij problemen met je evenwicht kun je wankelen en eerder vallen. Ook kan het voelen alsof alles draait en beweegt. Daardoor weet je minder goed waar je bent en waar je naartoe gaat. Deelnemen aan het verkeer is dan niet veilig.
-
Jezelf verzorgen
Door duizeligheid kan het voelen alsof je de controle over je lichaam gaat verliezen. Zo kun je bijvoorbeeld bang zijn dat je valt wanneer je uit bad stapt. Of dat je een hete pan omstoot terwijl je aan het koken bent. Ook kun je door misselijkheid weinig zin in eten hebben.
-
Omgaan met anderen
Als je regelmatig duizelig bent, kan het zijn dat je vaker thuis blijft en sociale activiteiten ontwijkt. Het kan dan helpen om je naasten te vertellen over je klachten. Zo kunnen zij er beter voor je zijn en voel je je minder alleen.
-
Dagelijkse activiteiten
Studeren, werken, sporten, boodschappen doen: ernstige duizeligheid brengt niet alleen je lichaam, maar ook je leven uit evenwicht. Vooral als je vaak duizelig bent. Of als de duizeligheid lang duurt. Het helpt als je dagelijkse dingen zoveel mogelijk blijft doen.
-
Meedoen aan de wereld
Het kan voelen alsof je minder op je lichaam kunt vertrouwen. Mogelijk ben je daardoor vaker onzeker en angstig. En doe je bepaalde hobby’s en dagelijkse dingen minder vaak dan vroeger. Het kan helpen om contact te zoeken met anderen die ook last hebben van duizeligheid.
Wanneer je duizelig bent, kun je vaak minder goed je aandacht ergens bijhouden. Het is dan lastiger om nieuwe dingen te leren. Ook kun je op dat moment in de war zijn, waardoor het langer duurt om iets te begrijpen.
Bij problemen met je evenwicht kun je wankelen en eerder vallen. Ook kan het voelen alsof alles draait en beweegt. Daardoor weet je minder goed waar je bent en waar je naartoe gaat. Deelnemen aan het verkeer is dan niet veilig.
Door duizeligheid kan het voelen alsof je de controle over je lichaam gaat verliezen. Zo kun je bijvoorbeeld bang zijn dat je valt wanneer je uit bad stapt. Of dat je een hete pan omstoot terwijl je aan het koken bent. Ook kun je door misselijkheid weinig zin in eten hebben.
Als je regelmatig duizelig bent, kan het zijn dat je vaker thuis blijft en sociale activiteiten ontwijkt. Het kan dan helpen om je naasten te vertellen over je klachten. Zo kunnen zij er beter voor je zijn en voel je je minder alleen.
Studeren, werken, sporten, boodschappen doen: ernstige duizeligheid brengt niet alleen je lichaam, maar ook je leven uit evenwicht. Vooral als je vaak duizelig bent. Of als de duizeligheid lang duurt. Het helpt als je dagelijkse dingen zoveel mogelijk blijft doen.
Het kan voelen alsof je minder op je lichaam kunt vertrouwen. Mogelijk ben je daardoor vaker onzeker en angstig. En doe je bepaalde hobby’s en dagelijkse dingen minder vaak dan vroeger. Het kan helpen om contact te zoeken met anderen die ook last hebben van duizeligheid.
Oorzaken in de hersenen
Duizeligheid kan verschillende oorzaken hebben. Het kan ontstaan door hyperventilatie. Je haalt dan te snel of te diep adem. Dit gebeurt bijvoorbeeld bij angst, paniek of erge stress.
Duizeligheid kan ook ontstaan door schade aan een bepaald deel van je hersenen: je kleine hersenen of je hersenstam. Zulke schade kan bijvoorbeeld ontstaan door traumatisch hersenletsel of een beroerte.
Een andere mogelijke oorzaak is een hersenaandoening. Hierdoor kun je problemen krijgen met je evenwichtssysteem.
Je evenwichtssysteem bestaat uit drie delen: je ogen, het gevoel in je spieren en pezen, en je evenwichtsorgaan. Je evenwichtssysteem stuurt seintjes naar je hersenen. Zo zorgt het dat je in evenwicht blijft.
Door een hersenaandoening kan er iets misgaan met deze seintjes. Bijvoorbeeld doordat je hersenen de verkeerde seintjes krijgen. Of doordat het seintjes zijn die je hersenen niet herkennen. Je kunt dan last krijgen van duizeligheid.
Er kunnen ook andere oorzaken zijn. Zoals ernstige bloedarmoede, een hartritmestoornis of polyneuropathie. Of een daling van je bloeddruk, een laag bloedsuikergehalte, bepaalde medicijnen, of vergiftiging door alcohol.
Aandoeningen die leiden tot duizeligheid
Er zijn veel aandoeningen die duizeligheid kunnen veroorzaken, bijvoorbeeld:
- benigne paroxysmale positieduizeligheid (BPPD) of positie-duizeligheid
- persisterende positionele perceptie duizeligheid (PPPD)
- neuritis vestibularis of labyrintitis
- hyperventilatie
- hersenschudding of hersenkneuzing
- beroerte
- hersenontsteking
- migraine
- ziekte van Ménière
- brughoektumor
- paniekstoornis
Behandelen van duizeligheid
Duizeligheid kan veel verschillende oorzaken hebben. Daardoor kan het soms lang duren tot een arts de diagnose stelt. De behandeling is afhankelijk van de diagnose.
Door duizeligheid kun je last hebben van misselijkheid en overgeven. Je huisarts kan je hier medicijnen tegen geven. Zoals metoclopramide of domperidon. Metoclopramide is er ook als zetpil.
Bij sommige aandoeningen kan het zijn dat je vaak aanvallen hebt waarbij je plotseling duizelig en draaierig wordt. Zoals migraine en de ziekte van Ménière. De huisarts kan je dan medicijnen geven die zorgen dat je deze aanvallen niet of minder krijgt. Het kan zijn dat je deze medicijnen voor de rest van je leven moet blijven nemen.
Als je positie-duizeligheid (BPPD) hebt, kun je bepaalde oefeningen doen. De kans dat je helemaal herstelt is dan groot. Zo kan je huisarts of fysiotherapeut samen met jou de Epley-beweging doen. Deze beweging helpt vaak meteen goed. Soms blijf je duizelig of komt de duizeligheid terug. Het is dan belangrijk om je huisarts te bellen. Die kan je namelijk aanraden om jouw oefening thuis nog een paar keer te doen.
Bij problemen met je evenwicht kan oefentherapie helpen. Heb je deze problemen door schade aan je evenwichtsorgaan, dan kan een fysiotherapeut je helpen om te herstellen. Fysiotherapie kan ook helpen als je duizelig wordt door hyperventilatie.
Heel soms kan een operatie je klachten kleiner maken. Dit is vooral het geval bij de ziekte van Ménière.
Tips voor mensen met duizeligheid
Dit zijn een paar tips die je kunnen helpen om beter om te gaan met duizeligheid:
- Probeer oefentherapie: dit zijn speciale dagelijkse oefeningen die je kunnen helpen om je duizeligheid te verminderen.
- Even liggen: ben je te duizelig om door te gaan met wat je aan het doen was? Ga dan even zitten of liggen en wacht tot het minder wordt.
- Blijf eten: als je misselijk bent, heb je vaak weinig zin in eten. Probeer toch kleine beetjes te blijven eten. Door een lege maag kun je namelijk ook misselijk worden. Kies voor voedsel waar je maag makkelijk mee kan omgaan. Zoals rijstwafels, crackers, rijst of geroosterd brood.
- Minder koffie, cola en alcohol: minder cafeïne en minder alcohol kan ervoor zorgen dat je sneller herstelt.
- Vertel het aan je omgeving: het helpt als je je omgeving vertelt over je klachten. Zo kunnen anderen je beter ondersteunen. Moet je naar je huisarts of het ziekenhuis? Vraag dan of een naaste met je meegaat of je komt ophalen.
- Als je weken duizelig blijft: heb je na 4 weken nog steeds last van duizeligheid? Maak dan een afspraak met je huisarts. De huisarts kan je bijvoorbeeld speciale oefeningen tegen duizeligheid geven. Ook kan de arts je medicijnen geven die bepaalde klachten kleiner maken.
Tips voor naasten van mensen met duizeligheid
Er zijn een paar dingen die je kunt doen om je naaste met duizeligheid te steunen:
- Geen snelle bewegingen en beelden: deze zijn vaak heel vervelend voor iemand die duizelig is. Probeer hier rekening mee te houden.
- Hou de omgeving rustig: drukke plekken kosten je naaste meestal veel extra energie. Overleg samen over wat wel en niet mogelijk is.
- Bied je hulp aan: vraag wat je kunt doen om de dag van je naaste iets makkelijker te maken.
De Hersenstichting heeft bij het opstellen van deze tekst dankbaar gebruik gemaakt van adviezen van:
- Dr. Liselotte Ruts, neuroloog, Maasstadziekenhuis te Rotterdam en het Rotterdams Duizeligheidscentrum