Wat is pijn? 

Er zijn verschillende soorten pijn. In deze tekst gaat het vooral over pijn als gevolg van een hersenaandoening. Dit is vaak chronische pijn, een vorm van pijn die je bijna voortdurend voelt. Er zijn verschillende soorten pijn waar je door een hersenaandoening last van kunt hebben. 

Hoofdpijn 

Hoofdpijn kan door van alles komen, van je hoofd stoten tot een stressvolle dag op het werk. Meestal gaat het na een dag of twee en wat aspirientjes weer over. Er bestaan ook ernstigere vormen van hoofdpijn. De hoofdpijn kan dagen aanhouden en ervoor zorgen dat je eigenlijk niets anders kunt dan in bed liggen. Voorbeelden hiervan zijn migraine, clusterhoofdpijn en spanningshoofdpijn. 

Zenuwpijn (neuropathische pijn) 

Het zenuwstelsel bestaat uit je hersenen en ruggenmerg, die informatie uit zenuwen door je hele lichaam verwerken. Die informatie wordt verwerkt tot de dingen die we horen, zien, ruiken, proeven en voelen. Het zorgt er bijvoorbeeld voor dat je pijn voelt als je een hete pan vastpakt. Het werkt zo als een waarschuwing om schade te voorkomen. Schade in het zenuwstelsel kan ervoor zorgen dat je ook pijn voelt zonder dat er ergens in het lichaam schade is. Dit kan het gevolg zijn van een hersenaandoening. 

Kenmerken van pijn 

Pijn is een naar gevoel, dat kan verschillen in hoe heftig het is. Het kan uiteenlopen van een beetje vervelend tot ronduit ondraaglijk. Pijn kan zich ook in verschillende vormen voordoen. Het kan een beetje zeurend aanwezig zijn, maar ook heel kort in felle steken voorkomen. Daarbij is pijn ook iets dat verschillende mensen op verschillende manieren beleven. Iets wat bij de ene persoon flink pijn doet, vindt een ander weer best meevallen. 

Impact van pijn 

Er bestaan verschillende vormen van pijn, die ook weer kunnen verschillen in hoe heftig deze is. Bij hersenaandoeningen is er vaak sprake van chronische pijn. Dit is pijn die maar niet overgaat. De impact van chronische pijn kan groot zijn. 

  • Iets begrijpen

    Als je constant pijn hebt, kost dat veel energie. De pijn vraagt de hele tijd je aandacht, waardoor het moeilijk is om je te concentreren. Het kan daarom lastig zijn om dingen te begrijpen, zoals taken op je werk of school. 

  • Jezelf verplaatsen

    Pijn kan soms erger worden als je je beweegt, denk bijvoorbeeld aan een heftige hoofdpijn. Chronische pijn kan het daarom moeilijk maken om jezelf te verplaatsen. 

  • Jezelf verzorgen

    Als alles meer moeite kost door je pijn, zul je sommige dingen de moeite niet meer waard vinden. Jezelf goed verzorgen kan een van die dingen zijn. Ook kun je je door pijn soms minder goed bewegen, wat jezelf verzorgen ook moeilijker maakt. 

  • Omgaan met anderen

    Er zijn allerlei dingen die je pijn erger kunnen maken, zoals bewegen, licht en geluid. Andere mensen kunnen er zo soms onbedoeld voor zorgen dat je meer pijn ervaart. Dat kan het moeilijker maken om met anderen om te gaan. 

  • Dagelijkse activiteiten

    Chronische pijn heeft invloed op bijna al je dagelijkse taken, van school en werk tot koken en andere huishoudelijke taken. Soms kun je die nog gewoon uitvoeren, soms kost het je veel moeite en soms lukt het helemaal niet. 

  • Meedoen aan de wereld

    Hoeveel last je hebt van je pijn, bepaalt ook in hoeverre je nog mee kunt doen aan de wereld. Dit kan per persoon verschillen, maar ook in tijd. Soms zijn er periodes dat je juist meer of minder last hebt van je pijn. 

Als je constant pijn hebt, kost dat veel energie. De pijn vraagt de hele tijd je aandacht, waardoor het moeilijk is om je te concentreren. Het kan daarom lastig zijn om dingen te begrijpen, zoals taken op je werk of school. 

Pijn kan soms erger worden als je je beweegt, denk bijvoorbeeld aan een heftige hoofdpijn. Chronische pijn kan het daarom moeilijk maken om jezelf te verplaatsen. 

Als alles meer moeite kost door je pijn, zul je sommige dingen de moeite niet meer waard vinden. Jezelf goed verzorgen kan een van die dingen zijn. Ook kun je je door pijn soms minder goed bewegen, wat jezelf verzorgen ook moeilijker maakt. 

Er zijn allerlei dingen die je pijn erger kunnen maken, zoals bewegen, licht en geluid. Andere mensen kunnen er zo soms onbedoeld voor zorgen dat je meer pijn ervaart. Dat kan het moeilijker maken om met anderen om te gaan. 

Chronische pijn heeft invloed op bijna al je dagelijkse taken, van school en werk tot koken en andere huishoudelijke taken. Soms kun je die nog gewoon uitvoeren, soms kost het je veel moeite en soms lukt het helemaal niet. 

Hoeveel last je hebt van je pijn, bepaalt ook in hoeverre je nog mee kunt doen aan de wereld. Dit kan per persoon verschillen, maar ook in tijd. Soms zijn er periodes dat je juist meer of minder last hebt van je pijn. 

Oorzaak van pijn 

In een gezond lichaam zorgen de zenuwen ervoor dat er signalen vanuit het lichaam naar de hersenen gaan. Als het om pijnsignalen gaat, zorgen de hersenen ervoor dat het signaal wordt omgezet en we pijn ervaren. 

De oorzaak van pijn kan ook vanuit de hersenen zelf komen, bijvoorbeeld na een beroerte. De schade die daardoor in je hersenen ontstaat, zorgt voor pijn die je in je lichaam voelt. In welk deel precies, hangt af van het deel in de hersenen waar de schade is ontstaan.  

Je voelt pijn als gevolg van hersenschade altijd in het tegenovergestelde deel van de hersenen waar de schade is. Schade in de linkerhersenhelft zorgt er dus voor dat je pijn in de rechterkant van je lichaam voelt. 

Aandoeningen die leiden tot pijn 

Er zijn verschillende soorten hersenaandoeningen waarbij je last van pijn kunt hebben. Enkele voorbeelden zijn: een hersentumor, hersenvliesontsteking, beroerte, multiple sclerose (MS), migraine, clusterhoofdpijn of parkinson

Je kunt ook pijn krijgen door een pijnsyndroom, spasmen of dwangstand. 

Pijnsyndroom 

Er zijn verschillende pijnsyndromen die kunnen zorgen voor een chronische pijn. Het centraal pijnsyndroom kan bijvoorbeeld ontstaan na een beroerte. Je hebt dan chronisch of wisselend pijn in een bepaald deel van je lichaam. Bij CRPS (complex regionaal pijnsyndroom) zijn er ontstekingen in het zenuwstelsel. Je krijgt dan vaak last van een hevige, brandende pijn in je arm of been. 

Pijn door spasmen 

Bij een spasme is er een verhoogde spanning in verlamde of verzwakte spieren van de armen of benen. Het samentrekken van die spieren heet een spasme. De spieren worden stijf en strak, waardoor je pijn voelt. 

Dwangstand 

Soms kun je door een hersenaandoening niet meer goed bewegen. Doordat je niet beweegt, worden je spieren en gewrichten stijf, waardoor ze krimpen. Uiteindelijk kun je die spieren helemaal niet meer gebruiken en blijft een lichaamsdeel in dezelfde stand staan: de dwangstand. Dit kan voor veel pijn en ongemak zorgen. 

Behandelen van pijn 

Hoe je pijn het beste kunt behandelen, hangt af van de oorzaak van de pijn. Bij een gewone pijn helpt een aspirine vaak prima, maar bij andere soorten pijn is er meestal een andere behandeling nodig. 

Bij zenuwpijn is het bijvoorbeeld belangrijk dat de hersenen minder worden geprikkeld. Er worden dan vaak medicijnen voorgeschreven die bijvoorbeeld ook gebruikt worden bij een depressie of epilepsie. 

Bij chronische pijn kan er naast medicijnen ook fysiotherapie nodig zijn. Dit helpt om het lichaam sterker te maken, waardoor je minder last hebt van de pijn. 

Als dit soort behandelingen niet helpt, zijn er nog meer ingrijpende behandelingen. Neuromodulatie is bijvoorbeeld een behandeling waarbij er een elektrode met een kleine batterij in het lichaam wordt geplaatst. De elektrode prikkelt de zenuwbanen in het ruggenmerg met kleine elektrische signalen. Dit zorgt ervoor dat het pijngevoel afneemt. 

Tips voor mensen met pijn 

Bij serieuze pijnklachten bespreek je allereerst met je arts welke behandeling er mogelijk is. Maar ondanks die behandeling kun je hier in het dagelijks leven nog steeds veel last van hebben. De volgende tips verlichten niet direct je pijn, maar helpen je wel om hier mee om te gaan. 

  • Praat erover met je naasten: Anderen hebben niet altijd door dat je pijn hebt. Of ze kunnen moeilijk begrijpen hoe jij je pijn ervaart. Door erover te praten help je hen om dit beter te begrijpen. Zo kunnen zij beter rekening met je houden en helpen waar nodig. 
  • Zoek afleiding: Pijn kan continu aanwezig zijn en al je aandacht opeisen. Afleiding kan er soms voor zorgen dat je even niet aan je pijn denkt. Bijvoorbeeld door een wandeling te maken, een film te kijken of bij vrienden op bezoek te gaan. 
  • Blijf bewegen: Als het nog kan, is het belangrijk om te blijven bewegen. Dit houdt je lichaam fit en voorkomt dat je meer pijn krijgt doordat je te weinig beweegt. 

Tips voor naasten  

Het kan erg moeilijk zijn om een naaste te hebben met pijn. Je kunt je machteloos voelen omdat je niets kunt doen om de pijn weg te nemen. Maar er zijn wel dingen die je kunt doen om je naaste te helpen met de pijn om te gaan. 

Probeer begrip te hebben voor je naaste en niet te oordelen over de pijn. Focus vooral ook op wat er goed gaat. Zeg niet ‘ga je nu al weg?’ als iemand maar kort op je feestje komt. Maar vertel hoe fijn je het vindt dat diegene erbij was. Voor iemand met pijn kan een kort bezoek namelijk al een hele uitdaging zijn. 

De Hersenstichting heeft bij het opstellen van deze tekst dankbaar gebruik gemaakt van adviezen van: 

  • Drs. Bart Jorrit Snel, MD, FIPP, Anesthesioloog en pijnspecialist, Radboudumc Expertisecentrum voor Pijn en Palliatieve Geneeskunde 
  • Dr. Wim M. Mulleners, neuroloog, Canisius Wilhelmina Ziekenhuis te Nijmegen