Kenmerken van CP

Door CP krijgt je kind vooral problemen met bewegen en heeft het minder kracht in de spieren. De precieze klachten verschillen per kind en kunnen ook veranderen met leeftijd.

Zo kan het zijn dat je kind moeite heeft met het bewegen van één kant of één deel van het lichaam, zoals de benen. Maar het is ook mogelijk dat het hele lichaam moeilijk beweegt. Ook kan het zijn dat je kind weinig problemen heeft met bewegen.

Verder is er meestal sprake van één of meer van deze klachten:

Diagnose van CP

Het kan zijn dat je baby te vroeg geboren is. Of een gebrek aan zuurstof heeft gehad bij de geboorte. Ook kan je kindje ernstig ziek geworden zijn in het eerste levensjaar. Heeft je kindje schade aan de hersenen na het eerste levensjaar, dan heet dit geen CP maar niet-aangeboren hersenletsel (NAH).

Omdat CP meestal in deze situaties ontstaat, is het mogelijk dat een speciale arts, de neonatoloog, wil onderzoeken of de hersenen van je kind beschadigd zijn. Soms is hiervoor een echo of MRI-scan (Magnetic Resonance Imaging) nodig.

Als je baby CP heeft, dan kun je merken dat de spieren stijf of gespannen voelen. Bijvoorbeeld wanneer je je baby aankleedt of de luier verschoont. Ook kun je merken dat je kindje zich langzamer ontwikkelt en laat leert zitten, kruipen en lopen.

Soms merkt een arts van het consultatiebureau dit op. Deze arts kan je kind dan doorverwijzen naar een kinderfysiotherapeut. Daarna krijgt je kindje vaak een doorverwijzing naar een specialist in het ziekenhuis. Zoals een kinderneuroloog of revalidatiearts.

Het kan ook zijn dat je eerst bij de huisarts komt. Als die denkt dat er sprake kan zijn van CP, dan krijg je meestal meteen een doorverwijzing naar een kinderneuroloog of revalidatiearts.

Deze arts zal onderzoeken hoe je baby beweegt en je vragen stellen over de zwangerschap en geboorte. Hierna maakt de arts een MRI-scan om te zien of er hersenschade is. Daarna kan de arts de diagnose CP stellen.

Om te bepalen hoe ernstig de problemen met bewegen zijn, zal de arts vragen stellen over hoe het met je kind gaat en je een vragenlijst laten invullen.

Daarna beoordeelt de arts met een bepaald systeem hoe groot de lichamelijke handicap is. Dit systeem heet het Gross Motor Function Classification System (GMFCS).

Oorzaken van CP

CP kan ontstaan als de hersenen van je kind tijdens de zwangerschap of tijdens de bevalling beschadigd raken. Bijvoorbeeld door een gebrek aan zuurstof tijdens de geboorte. Of door een te vroege geboorte.

Ook in het eerste levensjaar van je kind kan er schade ontstaan die leidt tot CP. Bijvoorbeeld door een ongeluk, een herseninfarct, of een hersenbloeding. Of door een infectie, zoals bij een hersenvliesontsteking of een hersenontsteking.

Behandeling van CP

Van CP kan je kind niet genezen. Wel kan een team van speciale zorgverleners ervoor zorgen dat je kind minder last heeft van klachten en beter met de aandoening kan leven.

Zo kan een kinderfysiotherapeut je kind leren om makkelijker te bewegen. Een kinderlogopedist kan helpen bij problemen met slikken, eten en drinken. Ook kan deze zorgverlener je kind gebarentaal leren, als dat nodig is.

Verder kan een kinderergotherapeut je kind helpen om dagelijkse activiteiten makkelijker te maken. Bijvoorbeeld door geschikte hulpmiddelen te vinden, zoals speciale schoenen of spalken.

Als het nodig is, verwijst de kinderneuroloog of revalidatiearts je kind door naar de medisch psycholoog. Die kan het niveau van begrip en leren onderzoeken.

Er zijn ook medicijnen die de klachten kunnen verminderen. Als je kind een hoge spierspanning hebt, kan de arts bijvoorbeeld Baclofen geven.

Gevolgen van CP

Kinderen met weinig klachten kunnen net zo lang leven als gezonde kinderen. Kinderen die erge klachten hebben, zoals grote problemen met bewegen of ernstige epilepsie, leven vaak wel korter. Hoe je kind zich zal ontwikkelen hangt af van hoe ernstig de aandoening is.

CP kan verschillende gevolgen hebben voor het leven van je kind:

  • Thuis: eten, douchen, tandenpoetsen. Door de problemen met bewegen en slikken kan het lastig zijn om deze dingen zelf of zonder hulpmiddel te doen.
  • Werk en school: Naar een gewone school gaan kan lastiger zijn als er sprake is van een mentale handicap, problemen met zien en horen, of veel moeite met leren. Je kindje moet dan misschien naar een speciale school. Maar het kan ook zijn dat je kind naar een gewone school kan.
  • Vrije tijd: Er kunnen ernstige problemen met lopen en evenwicht zijn. Een hulpmiddel, zoals een looprek, kan dan helpen. Soms is framerunning, een speciale vorm van atletieksport, ook mogelijk.
  • Sociale contacten: als praten moeilijk is, dan is contact met anderen ook een uitdaging. Een speciale app voor de tablet kan dan helpen met het vinden en uitspreken van woorden. Als vrienden maken lastig is, dan kan het helpen om contact te zoeken met mensen die zelf ook CP hebben.

De Hersenstichting heeft bij het opstellen van deze tekst dankbaar gebruik gemaakt van adviezen van:

  • Dr. Laura A. Bonouvrié, kinderrevalidatiearts, Amsterdam UMC

Laatste update: februari 2024